Koliek is een verzamelnaam voor verschillende soorten buikpijn. Paarden kunnen last hebben van krampkoliek, gaskoliek en zandkoliek. In dit artikel vertel ik je alles over koliek bij je paard, hoe je het kunt herkennen én wat je er tegen kunt doen.
Koliek bij paarden herken je aan de volgende symptomen:
Wanneer je koliek vermoedt, is het noodzakelijk dat er zo snel mogelijk een dierenarts langskomt. Een heftige koliekaanval kan namelijk fataal zijn. Koliek komt het vaakst voor in de vorm van krampkoliek, gaskoliek en zandkoliek.
Krampkoliek is de meest voorkomende vorm van koliek. Krampkoliek ontstaat in de dunne darm en in de dikke darm. Krampkoliek kan veel verschillende oorzaken hebben, zoals het eten van grote hoeveelheden voer vlak voor of direct na zware arbeid, het eten van bevroren voer, het drinken van (grote hoeveelheden) ijskoud water of zware arbeid waarbij het paard veel heeft gezweet.
Krampkoliek kan ook veroorzaakt worden door worminfecties met de worm Strongulys Vulgaris. Bij een worminfectie kruipen de larven van de worm naar de slagader in de scheilswortel, via de darmwand. Na enkele weken vervellen de larven en worden ze meegevoerd naar de dikke (of de blinde) darm. Dit kan krampkoliek tot gevolg hebben. Bij krampkoliek vanwege een worminfectie is vaak sprake van aanvallen. Deze aanvallen kunnen variëren van zeer mild tot zeer heftig. Helaas zijn er geen duidelijke lichamelijke afwijkingen te constateren en is krampkoliek (door een worminfectie) alleen aan te tonen middels mest- en bloedonderzoek.
Als je paard last heeft van gaskoliek is er sprake van een gasophoping in de darmen. Bij gaskoliek wordt teveel gas geproduceerd in de dikke darm of is de dikke darm (gedeeltelijk of geheel) afgesloten waardoor het gas niet naar buiten kan. De dunne darm is verantwoordelijk voor het verteren van suikers. Als suikers niet volledig verteerd worden, komen ze in de dikke darm terecht waardoor een teveel aan gas ontstaat.
Gaskoliek komt vooral voor in het voorjaar en in het najaar, omdat het gras in deze periode veel suikers bevat (zoals fructanen). Te veel suiker in de dikke darm kan gaskoliek en hoefbevangenheid tot gevolg hebben. Een te veel aan gas in de dikke darm kan ook veroorzaakt worden door krachtvoer met moeilijk te verteren granen (zoals mais), een grote voedingsverandering of het blokkeren van voedsel door een veranderende ligging van de darmen.
Veel paarden voelen de behoefte om zand te eten. Kleine hoeveelheden zand zijn niet schadelijk, dit wordt via de mest weer uitgescheiden. Pas wanneer je paard veel zand binnenkrijgt, door te grazen in een kale wei, zanderig hooi te eten of door daadwerkelijk zand te eten, bijvoorbeeld in de paddock, kan zandkoliek ontstaan. Zandkoliek kan ook veroorzaakt worden door andere grondsoorten zoals modder en klei.
Het is dus belangrijk om dit goed in de gaten te houden, ongeacht de ondergrond waar je paard op staat. Doordat je paard zand eet, hoopt dit zich op in de dikke darm. Wanneer je paard het zand niet volledig kan uitscheiden, vormt zich een zware (zand)laag op de bodem van de darm. In ernstige gevallen kan ruim 60% van de darm worden gevuld met zand. Dit is zeer pijnlijk voor je paard, omdat het zand de doorgang van voer blokkeert en de darmen zwaar maakt. Vooral wanneer je paard graag zand eet, is het belangrijk om maatregelen te treffen. Zo kun je je paard op een andere ondergrond zetten of je paard PUUR Psyllium geven.
Koliek kan zonder enige aanleiding ontstaan. Daarom is het belangrijk eventuele symptomen snel te herkennen. Daarnaast kun je je paard PUUR Psyllium geven. PUUR Psyllium is darmreinigend en bevordert een goede darmfunctie. Hiermee verklein je het risico op koliek.