Misschien ken je mensen in je omgeving die ver weg blijven van bijvoorbeeld pinda’s, aardbeien, melk of graanproducten. Hebben ze dan last van voedselintolerantie of voedselallergie? In deze blog vertellen we je meer over het verschil tussen voedselintolerantie en voedselallergie.
Ontdek het complete assortiment dieetvoeding bij Plein.
De reacties van je lichaam op een voedselallergie en voedselintolerantie lijken sterk op elkaar, toch zijn er grote verschillen. Bij voedselallergie is het afweersysteem in de war en bij voedselintolerantie reageert het lichaam op bepaalde bestanddelen van voedingsmiddelen. Hieronder lichten wij de kenmerken van een voedselallergie en voedselintollerantie nader toe.
Bij een voedsel reageert je afweersysteem op één of meerdere eiwitten in het voedingsmiddel. Deze eiwitten worden ook wel allergenen genoemd. Voorbeelden van voedingsmiddelen die allergenen bevatten zijn graanproducten, melk (koemelkeiwit), vis, pinda, noten, soja en schaal- en weekdieren.
Het afweersysteem denkt dat het eiwit een schadelijke stof is en maakt antistoffen aan. De eerstvolgende keer dat het lichaam met deze eiwitten in contact komt, ontstaat door de antistoffen een acute allergische reactie.
Een voedselallergie komt bij ongeveer 2 à 3 procent van de Nederlandse volwassenen voor, bij kinderen is dit percentage hoger.
Als je voedsel hebt gegeten waarvoor je allergisch bent kun je last krijgen van diverse klachten en symptomen. voorbeelden van symptomen bij een voedselallergie zijn:
Als je vermoedt dat je een voedselallergie hebt, kun je het beste langs je huisarts gaan om dit uit te laten zoeken. Voor allergenen die vaak voorkomen zoals lactose of gluten kun je ook zelftesten kopen.
Als je weet waarvoor je allergisch bent kun je rekening houden met wat je eet zodat je niet ziek wordt van eten. Tegenwoordig is het verplicht om de ingrediënten te vermelden op de verpakking of het etiket. Vaak vermelden fabrikanten welke (sporen) van allergenen het product bevat waardoor het nog gemakkelijker wordt. Bij Plein.nl hebben we zelfs de categorie dieetvoeding waarin je veel lactosevrije, glutenvrije of gistvrije producten kunt vinden.
Bij voedselintolerantie geeft het lichaam een reactie op bepaalde bestanddelen van voedingsmiddelen. Deze bestanddelen van voedingsmiddelen worden niet verteerd of opgenomen door het lichaam. Er zijn verschillende voedselintoleranties. Lactose- en Fructose intolerantie zijn de bekendste.
De diagnose van voedselintolerantie is gebaseerd op een vraaggesprek tussen arts en patiënt. Vervolgens kan een diëtist een gedetailleerde bevraging van het voedingspatroon uitvoeren.
Bij lactose-intolerantie kun je niet goed tegen lactose, omdat je het niet goed kan verteren. Als je lactose niet goed kan verteren, heet dit lactosemalabsorptie. Een lactosebeperkte voeding is meestal voldoende om klachten te voorkomen. Een diëtist kan hierbij helpen. Er zijn Lactose supplementen die helpen om de lactose in de voeding te verteren. Lees voor gebruik wel even de gebruiksaanwijzing.
Bij een fructose intolerantie kan fructose niet goed worden opgenomen in de darmen. Als je intolerant bent voor fructose, dan moet je vaak een behoorlijk beperkend dieet volgen. Het hangt af van je persoonlijke tolerantiegrens hoeveel fructose, sacharose en sorbitol je kunt innemen. Het is bijna niet mogelijk om suiker(producten) volledig te vermijden. Er zijn voedingssupplementen die helpen bij de vertering.
Het verschil tussen Fructanen en Galactanen is het molecuul waar ze aan gebonden zijn. Fructanen zitten in heel veel voedingsmiddelen. We hebben er last van omdat fructanen in onder meer tarwe zit en tarwe zit weer in heel veel voedingsmiddelen waardoor we in verhouding veel fructanen binnenkrijgen. Fructanen zitten ook in spelt, maar veel minder. Fructanen zitten vooral in knoflook, ui en chirorei.
De meeste mensen blijven hun leven lang last houden van hun fructanen- of galactanenintolerantie. Gelukkig valt er goed mee te leven, zolang je maar weet met welke zaken je rekening moet houden om klachten zoveel mogelijk te voorkomen.
Glutenallergie en Fructanenintolerantie worden vaak met elkaar verward. Als een glutenvrij dieet niet helpt om de klachten te verminderen dan kan het zijn dat je fructanen intolerant bent.
Histamine komt van nature voor in veel plantaardige en dierlijke producten. Vooral gefermenteerde en gerijpte voedingsmiddelen bevatten veel histamine. Schakel bij histamine-intolerantie een diëtist in die een histamine-arm dieet voor je kan samenstellen. Begin nooit op eigen houtje met een dergelijk dieet omdat de kans bestaat dat je noodzakelijke voedingsstoffen mist.
Bij een zetmeel- en sucrose-intolerantie ontbreken de enzymen (of zijn ze beperkt aanwezig) om zetmeel of sucrose af te breken in de darmen. Klachten bij een sucrose- of zetmeelintolerantie worden met name veroorzaakt door het fermentatieproces in de dikke darm. Om klachten bij een sucrose- of zetmeelintolerantie te voorkomen is een sucrose- en zetmeelbeperkt dieet vaak noodzakelijk.
FODMAP staat voor Fermenteerbare Oligosachariden, Disachariden, Monosachariden en Polyolen. FODMAP’s zijn koolhydraten (sachariden) die slecht of niet opgenomen worden in de dunne darm en daarom in de dikke darm terechtkomen.
Als je klachten hebt na het eten dan is het zinvol om een dagboekje bij te houden van welke voeding je last hebt. Maak vervolgens een afspraak met je huisarts om te achterhalen of het om een allergie gaat of intolerantie gaat. Vervolgens kun je dan met een diëtiste overleggen hoe je op een verantwoorde manier je eetgewoonten kunt aanpassen zodat je weer kunt genieten van eten.